Vrijdag 13 maart heeft een delegatie van GroenLinks Dordrecht gesproken met informateur Bierman
GroenLinks heeft aangegeven aan een College te willen deelnemen als in het Collegeprogramma de duurzame stad, de communicatieve stad en de sociale stad, herkenbaar zijn opgenomen.
Een duurzame stad is een stad die de oplossing niet zoekt in uitbreiding van de te bebouwen omgeving maar in de verbetering van het bestaande. Een stad die kiest voor duurzame productie en het terugdringen van vervuilend en overlastgevend vervoer. Dit sluit aan bij de inzet tijdens de verkiezingen.
Bij een communicatieve stad behoort een College dat open en helder communiceert met de bevolking en de instellingen, het maatschappelijk middenveld. Daarbij wordt gezocht naar vormen die aansluiten bij de verschillende leefwerelden in Dordrecht. GroenLinks stelt voor om ook de inzet van wijkwethouders serieus te overwegen.
In een sociale stad is aandacht en ondersteuning van bewoners, die moeite hebben om het geheel op eigen kracht te redden. Het beleid is er op gericht dat ook deze groep mensen zoveel mogelijk kan meedoen.
De uitslag van de verkiezingen, waarbij Groenlinks als één van de weinigen winst heeft geboekt , rechtvaardigt om serieus te kijken naar Groenlinks als coalitiepartij. Welke partijen er verder deelnemen aan de coalitie is minder van belang dan de inhoud van het beleid dat wordt vastgelegd in het coalitie-accoord.
Informatie bij Mary Ruisch tel. 0614460371
De inhoudelijke inzet van Groenlinks.
Inhoudelijke inzet
1. Duurzame stad
De verkiezingsuitslag biedt mogelijkheden om dit punt centraal te stellen. De duurzame stad gaat zowel over behoud en versterking van de natuur als over de bouw. Niet een steeds meer ruimtevretend uitbreidingsbeleid van wijken en bedrijfsterreinen. Maar ook over de wijze van bouwen: gevarieerd, duurzaam, energiezuinig of duurzaam energie producerend, te beginnen met de gemeentelijke gebouwen.
De bedrijven die je wilt behouden of aantrekken voldoen hieraan. Dat betekent bijvoorbeeld dat de grote ruimtevretende transportsector daar niet in past, maar wel bedrijven die duurzaam produceren en milieuvriendelijke werkgelegenheid bieden. Leefbare en sterke wijken zullen de behoefte aan steeds weer nieuwe uitleg dempen.
Het verkeersbeleid is er op gericht de vervuilende vervoersvormen terug te dringen.
2. Open en communicatieve bestuurstijl.
Dat gaat vooral over houding, feitelijk zijn er inspraakprocedures genoeg. Meer nadruk moet worden gelegd op het maken van heldere keuzes en de communicatie hierover met de betrokkenen, waarbij duidelijk is wat er met de inbreng van betrokkenen is gedaan.
Er wordt gezocht naar vormen van communicatie, die ook burgers die minder thuis zijn in allerlei formele procedures, aanspreken en uitnodigen. Communicatie en participatie moet meer aansluiten op de cultuur en wijze van communiceren van bijvoorbeeld jongeren, door o.a. nieuwe media in te zetten.
Om de gevolgen van gemaakte keuzes voor de leefbaarheid en het leefklimaat scherper in beeld te krijgen, wordt het wijkgericht werken versterkt met wijkwethouderschap. Iedere wethouder is wijkwethouder van één of twee wijken.
3. Sociale stad.
In Dordrecht is voor iedereen plaats. Dat betekent dat er aandacht en geld is voor bewoners, die minder middelen hebben om mee te komen. Zij worden ondersteund en uitgedaagd om zoveel mogelijk mee te doen. De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) is daarbij belangrijk. Zorg en steun op maat zijn uitgangspunt. Daarbij kunnen allerlei culturele vormen een rol spelen. Een goede leefomgeving helpt, want de hierboven genoemde bewoners wonen vooral in wijken met de meeste leefbaarheidproblemen..